Frits Slicht / 03-06-2010
Op de Wittenburgergracht zaten in het jaar 1954 twee opmerkelijk
buren. Op nummer 1-3 zat de Firma De Swaan Bonnist, een bedrijf
in jutezakken, op nummer 5 zat het Rooms Katholieke Kerkbestuur
van de H. (Heilige) Anna (de Pool).De relatie tussen deze twee ‘buren’ was blijkbaar al enige tijd niet
optimaal. Het bestuur van de H.Anna had zich al meerdere malen
beklaagd over de overlast die de firma De Swaan Bonnist zou
veroorzaken. In maart – april 1954 is de maat blijkbaar vol en het
bestuur van de H. Anna parochie schrijft een boze, maar formele,
brief aan de buren.In de brief van 3 april staat: “Van onze kant is er in ’t verleden meer
dan één poging aangewend, om de kwestie overlast, die wij zelf en
onze gebouwen van Uw bedrijf ondervinden, met U te bespreken en
tot tevredenheid van beide partijen tot een minimum te reduceren’. In de brief wordt verder gerefereerd aan het feit dat afspraken uit het
verleden niet zijn nagekomen en dat richtlijnen en bepalingen van
de officiële instanties worden genegeerd. Verder schrijft het bestuur
dat ‘overleg is gepleegd met onze adviseurs’ en dat men met het
bedrijf De Swaan Bonnist in overleg wil treden.De Swaan Bonnist reageert snel met een brief gedateerd op 5 april.
Zij schrijven dat zij graag in overleg wil treden na het ontvangen van
‘Uw geëerd schrijven d.d. 3 dezer’. Zij roepen het bestuur van de H.
Anna op om telefonisch contact op te nemen, teneinde een
afspraak te maken. In de kantlijn is de reactie van het
parochiebestuur te lezen: ‘Goed zo. Wie gaat er heen en wanneer?’
Op 5 juni 1954 schrijft de voorzitter van het kerkbestuur een boze
brief. Het overleg dat zou plaats vinden, is blijkbaar niet van de
grond gekomen. Het waarom daarvan is niet helemaal duidelijk.
Maar begin juni gaat het echt mis! Wat heeft er zich afgespeeld:
“j.l. Donderdag heeft de firma Spiegel de voor- en achterpui van de
pastorie geheel schoongemaakt. Nog geen kwartier was dit werk
gereed of het personeel van uw bedrijf gooide stapels jutezakken
vanaf de derde verdieping naar beneden. Grote stofwolken stegen
op met alle nadelige gevolgen voor ons daaraan verbonden. De
huishoudster terecht hierover ontstemd, belde op, werd tot twee
drie maal toe met iemand verbonden uit uw bedrijf, deed telkens
weer haar zelfde verhaal. Kreeg tenslotte heel sterk de indruk dat
men deze klacht, -zeer voorzichtig uitgedrukt- negeerde. Het
gooien van zakken ging gewoon door.”
De pastoor heeft het heft daarna in eigen handen genomen is naar
de buren gelopen. Hij wilde met iemand van gezag praten: ‘een van
de Heren die hier iets te vertellen heeft’. Maar hij is, zo schrijft hij,
zeer ontstemd over de manier van ontvangen en de toon van de
medewerker. Hij komt niet verder dan de meesterknecht. Hij is zeer
teleurgesteld over de hele gang van zaken en voelt zich duidelijk
niet serieus genomen. De pastoor wijst verder nog op het feit dat er
met alle andere bedrijven in de buurt een prettige relatie bestaat.
De reactie van De Swaan Bonnist laat niet lang op zich wachten.
Maar of de reactie tevredenstellend is, is maar de vraag. Zij willen
vanzelfsprekend graag met het kerkbestuur overleggen. Maar ook
nu legt men het initiatief bij het kerkbestuur.De laatste zin van de brief is enigszins cynisch te noemen: ‘In
afwachting van Uw gewaardeerde berichten, tekenen wij, met
vriendelijke groeten’.
Daarna lijkt het een periode goed te gaan, er zijn geen boze brieven
meer. Opmerkelijk is de bedankbrief van De Swaan Bonnist, d.d.
26 november 1954. De firma heeft namelijk net haar 75-jarig
bestaan gevierd en bedankt voor het sympathieke geschenk dat
hen is aangeboden. De medewerkers hebben zeer van het
geschenk, bestaande uit sigaren en sigaretten, genoten. Er wordt overigens nog wel kort gerefereerd aan het begeleidende
briefje dat bij het geschenk zat. De schrijver van de brief geeft aan
dat men de afspraken niet is vergeten en dat de betreffende
voorzieningen binnenkort gereed zullen zijn. Helaas is niet duidelijk
wat er is toegezegd.
In april 1955 gaat het toch weer mis. De achterzijde van het
kerkgebouw grenst aan het water, de Kattenburgervaart. De
Kattenburgervaart wordt gebruikt door de Firma De Swaan Bonnist
voor het af- en aanvoeren van grondstoffen en jutezakken.Op 15 april is echter een van de boten tegen de muur van kerk
aangebotst, waardoor de toevallig aanwezigen behoorlijk
schrokken. Direct vraagt men zich af of dit een eenmalig ongeluk is
of dat het vaker voorkomt. Men maakt zich grote zorgen, niet in het
minst vanwege de kosten die een eventuele schade met zich
meebrengt. De financiële positie van de H. Anna-parochie is niet
sterk, men verwijst hierbij naar de buurt. De buurt is, zo stelt de
brief, niet erg kapitaalkrachtig waardoor de financiën niet rijkelijk
binnenvloeien. Gelukkig is de reactie van De Swaan Bonnist deze keer positiever
te noemen. Zij hebben de kwestie onmiddellijk met de expediteurs
opgenomen. Zij zijn overeengekomen dat er beveiliging wordt
aangebracht.
Bron: Gemeente Archief Amsterdam, particulier archief van “Archief
van de Parochie van de Heilige Anna (de Pool)”
Schrijver: Frits Slicht