Tiny Bruens-Rozekrans / 27-12-2008
Mijn Opa en Oma hadden de bakkerij in de derde Wittenburgerdwarsstraat, Bakkerij Roobeek. Alle panden op de foto waren van Opa. Daarom kon die lange slogan er ook op staan. Op de witgekalkte winkel begon de tekst. De winkel en de bakkerij waren ten tijde van de foto, na het overlijden van Opa, al verkocht.
Bakkerij Roobeek was de enige echte warme bakker, waar alles werd gebakken. Bekend waren de roombroodjes, de speculaas en de luilakbroodjes. Luilakbroodjes waren een soort kadetjes die alleen verkrijgbaar waren in de luilaknacht voor de Pinksteren.Heerlijk vond ik het om in de bakkerij te spelen. Daarbij fantaseerde ik dat de oven met zijn openingen een gezicht had.
Als ik uit school kwam mocht ik van Opa altijd uit de balen krenten en rozijnen snoepen.Het enige wat tegenstond was de kwispedoor, de spuugbak voor pruimtabak. Daar kauwde Opa de hele dag op. Heel normaal voor die tijd.
Natuurlijk waren er ook muizen in de bakkerij. Daar werd op gejaagd. Vaak zaten mijn neef en mijn nicht in de tobbe in de (lekker warme) bakkerij. Dan kwamen de muizen achter de oven vandaan. Die werden dan meteen doodgemept.Zo heb ik vaak gespeeld en geholpen in de bakkerij tot mijn Opa stierf. Ik was toen 12 jaar.
Tiny Bruens-Rozekrans.Mijn moeder is Truusje Roobeek.