Roy Zijnen / 05-05-2016
5 Mei 2016, ter gelegenheid van het straatdiner met thema: op de grens.
Lieve Buurtgenoten.
Zoals jullie wellicht weten woonde Jasper Grootveld hier vlakbij op de Hoogte Kadijk. Men kent Jasper uit de schoolboeken van onze moderne geschiedenis lessen, hij de anti rookmagier met zijn happenings en zijn kreten ‘uche, uche, uche’ en ‘publicity, publicity’ en niet te vergeten het weglachen “ha ha ha haa hah”, met zijn geverfde rode lippen en een geaccentueerde witte kring om zijn mond.
Dit verhaal gaat over de strijd op de grens van hebben en zijn.’“Het gaat niet om het hebben maar om het zijn” was een quote van Simon Vinkenoog.
In talrijke bewaarde interviews met Jasper oa uit het Internationaal Instituut van Sociale Geschiedenis komt naar voren dat hij zichzelf een excentriekeling vond, met een simpele boodschap van de Klaas die komen zou. Hij deed zich voorkomen als de piet of travestietpiet naast Klaas. Zelfs de piepschuim vlotten die Jasper bouwde werden ingezet om de ‘Komst van Klaas’ te verkondigen.
Op een mooie dag in April 2009 vertelde mijn vriend Kees Hoekert een verhaal over zijn boezemvriend Jasper. Kees Hoekert woonde op de boot de Witte Raaf aan de Nieuwevaart, de boot waar hij samen met Jasper in de jaren 70 en 80 de Lowlands weed Company had opgericht. Het was het verhaal van Klaas komt. De erudiete Kees sprak vaak over mensen als waren zij de geniaalste mensen ter wereld. Hij had dan ook vele illustere mensen gekend onder meer Bart Hughes, de man die zichzelf trepaneerde, Ramses Shaffy, Victor IV, en vele anderen. Zijn waardering voor de persoon Jasper was zo groot dat hij het onderwerp Robbert Jasper Grootveld te teer en te broos vond om er over te vertellen. Des te groter was de verrassing, toen voor het eerst uit de mond van Kees het echte verhaal van ‘Klaas Komt’kwam.
Op die mooie dag begon Kees te vertellen hoe, na een oorlog met een door NAZI’s bezet Nederland, Amsterdam aan autonomie had ingeboet. Jasper die in de jaren 50 eigenlijk cabaretier wilde worden, werd na verschillende omzwervingen begin jaren 60 als loopjongen ingelijfd door Jan Vrijman, om het vak van journalist te leren. Jan Vrijman, die ooit verzetsstrijder was geweest en daarvoor Jan Hulzebos heette, deelde Jasper een klus toe die zijn leven voorgoed zou veranderen. Jasper werd daardoor een merkwaardige mediagenieke verschijning .
Tussen 1960 en 1966 had Jasper een meesterlijke grip op zijn bewonderaars en de media. Door zijn profetische voorspelling over het Magisch Centrum Amsterdam, waarin duizenden Beatniks uit America zouden komen om in het Vondelpark te slapen tot het door hemzelf bekladden van de vele sigaretten posters in de stad met het woord Kanker. De revolutionaire verdiensten van Jasper waren: de opkomst van softdrugs vrijhavens zoals De Kosmos, Paradiso en de Melkweg. Het Vondelpark werd vanaf 1966 inderdaad zoals hij had voorspeld massaal gebruikt om te overnachten door Amerikaanse Hippies. Hoewel hij al heel lang, als een gekleurde piet, de vele happenings wekelijks herhaalde rond het Lieverdje, begon zijn doorbraak en daadwerkelijke erkenning pas in 1966.
Tegelijkertijd ervaarde hij in 1966 ook zijn grootste angsten. Dit gebeurde omdat de aandacht van de media verschoof naar de Provo’s. Zij gebruikten de revolutionaire idealen van Jasper om zichzelf te kunnen profileren. Naar de bezetting van het maagdenhuis, Roel van Duin die de kabouterpartij oprichtte, D66 die het jaar 66 in het Partij Logo opnam enz.
Jasper vluchtte van Amsterdam naar Sicilië alwaar hij de Klaas-stoel knoopte. De Klaas-stoel was een stoel waarop niemand mocht zitten, hij was alleen bestemd voor Klaas, de Klaas die komen zou.
Op die bewuste dag bij Kees ontvouwde zich het raadsel. Amsterdam was, zei Kees, begin jaren 60 een religie bewuste stad. Op Wittenburg, zei hij, kwam je weleens Lou de Palingboer tegen. Lou die officieel Lou van Voorhuizen heette had wel 350 volgelingen de meesten waren in het zwart geklede dames, die hij zijn Engelen noemde. Hij had een woning in Muiderberg die hij The White House noemde. Jan Vrijman droeg Jasper in 1961 op naar het witte huis in Muiderberg te gaan, om Lou de Palingboer te Interviewen. God, zoals Lou zichzelf trachtte te noemen deed open en begon tegen Jasper, die zelf Atheistich was, te preken. Voordat Jasper lou kon interviewen, vroeg Lou aan Jasper waar geloof je zelf in? Jasper wist hier geen goed raad mee en moest hier even over na denken. Uiteindelijk had Jasper gezegd ik geloof in Sinterklaas, (het maakt niet uit wat je gelooft, je moet toch iets geloven!)
De dagen erop in Amsterdam liet Jasper zich anders uit tegen Jan Vrijman. Er ontstond een meningsverschil over de inhoud van een artikel. Een schermutseling volgde omdat Jan Vrijman de boel wilde afsluiten, terwijl Jasper zijn tijd nam en in de keuken een sitdown actie ondernam omdat hij niet weg wilde gaan ( een sitdown was een uit Amerika overgewaaide protestvorm). Daarop besloot Jan Vrijman de politie te laten komen om Jasper uit zijn huis te zetten. Vanaf het moment dat Jasper door de politie werd afgevoerd geloofde Jasper in God zei Kees Hoekert , en zette hiermee een punt achter zijn relaas over de opkomst van Klaas.